Dirk (76) verloor een broertje bij treinongeluk
Het is zestig jaar geleden, maar Dirk Heemskerk heeft er tot op de dag van vandaag nachtmerries van. Op 22 juli 1965 komen vier jongens uit Nieuwerbrug om het leven als de trekker waarop zij zitten, in
botsing komt met een trein. Het 9-jarige broertje van Dirk is een van hen. „Er is nooit meer over het verlies gepraat." Nu is er een plaquette.
Jorrit Streng
Toen de plaquette onlangs werd onthuld, las Marina van der Panne-Heemskerk voor uit een brief van de NS. Het is de brief waarmee haar geboorteboek begint. De tekst? 'Wat een lieve, maar ook veelzeggende naam heeft uw dochter gekregen. ' Marina werd vernoemd naar haar broer Martin, die drie maanden voor haar geboorte is omgekomen bij een treinongeluk. „Het is wat. hè? Dat kan toch niet?" zegt haar schoonzus Joke Heemskerk ruim zestig jaar later over de woorden van NS, „Er wordt druk opgelegd, alsof je een soort vervanger bent.
Het zegt volgens de nabestaanden van Martin Heemskerk alles over hoe er destijds werd omgegaan met het ongeval, waarbij vier kinderen om het leven kwamen en dat diepe sporen naliet bij vrijwel alle betrokkenen. Het werd stilgezwegen. „Er werd gewoon niet over gesproken zegt Dirk. Terug naar die zwarte dag in 1965. Het is een gewone donderdagmorgen als de 9-jarige Martin Heemskerk de trein van zijn broer Dirk erbij heeft gepakt om te spelen. Dat kan, omdat de dan 16-jarige Dirk op vakantie is. Normaal mag Martin met geen mogelijkheid de trein van Dirk gebruiken. Na een tijdje spelen bedenkt Martin zich en rent hij naar buiten. Vandaag speelt hij bij buurman Kok.
Niemand ziet de trein
Daar treft hij zijn vriendjes, de broertjes Johan (6) en Cor (8) Kok, Gijs Klaassen (14) en Richard Brouwer (10). Ze mogen samen met vader Kok op de trekker het land in. Een deel van dat land ligt aan de andere kant van de spoorlijn Utrecht-Leiden en dus moeten ze het spoor oversteken. Omdat de treinen eens per uur rijden — altijd op hetzelfde moment — weet vader Kok precies wanneer dat veilig kan.
Aan de overkant van het spoor zijn op dat moment werkzaamheden gaande. Die leveren veel lawaai op, Door de herrie en door een brugwachtershuisje, dat het zicht op het spoor verderop belemmert, ziet niemand de trein aankomen die uitgerekend die dag vertraging heeft opgelopen. Als de trekker het spoor kruist, wordt die gegrepen door de trein. Alle vier de jongens overlijden ter plekke.
De 10-jarige Richard Brouwer is de enige van de groep vrienden die niet verongelukt, door stom toeval. Hij staat iets verderop. De dag voor het ongeluk heeft hij woorden gehad met Martin. „Op die
leeftijd heb je bij wijze van spreken al onenigheid over een snoepje. " Vanwege hun ruzietje mocht Richard van Martin niet mee op de trekker. „Om een of andere reden heb ik dat toen geaccepteerd."
Richard ziet het ongeluk zelf niet gebeuren. „Wel de drie seconden erna, ik zag direct een rookwolk boven de trein." Een andere getuige stuurt hem direct op pad, Richard rent weg om een dokter te halen. Als hij erachter komt dat de dokter niet aanwezig is, begint hij door het dorp te dwalen. „Ik was in shock".
Dirk Heemskerk, de broer van Martin, krijgt niets van het ongeluk mee. Hij is kort daarvoor met de broer van Richard op de bromfiets richting Lurxemburg gereden. Zonder telefoon — die was er immers nog niet, met als enig communicatiemiddel een klein transistorradiootje.
Als zij op de camping in Luxemburg na het journaal ineens hun namen over de radio horen, zorgen ze ervoor dat ze snel kunnen bellen. Het kantoor, dat al dicht is, wordt speciaal voor hen geopend. Wat ze te horen hebben gekregen? „Dat we moesten blijven waar we waren en de volgende dag opgehaald zouden worden. Meer niet."
Over wat er gebeurd is en vooral met wie, Martin of Richard, wordt niet gesproken. Onderweg wordt aan hen verteld wat zich heeft afgespeeld op het spoor bij Nieuwerbrug, maar pas thuis hoort Dirk dat zijn broertje slachtoffer is geworden van een fataal ongeluk. De details kan ik je niet meer vertellen", zegt Dirk. „Ik heb van die twee weken erna een pijnlijke black-out."
Bij de familie Heemskerk thuis bleef nog jarenlang de plant staan die de 9-jarige Martin mee naar huis kreeg toen schooljaar 1964-1965 erop zat. Hij zou voor de plant zorgen zolang de school dicht
was de zomervakantie. Zoals de plant nooit meer terugkeerde in het klaslokaal, zagen zijn ook Martin nooit meer basisschool De Brug binnenstappen. Desondanks geen lege tafeltjes, die waren al weg-
gehaald. Het leven op school ging door, zonder plant en zonder Martin en zijn vriendjes.
Het was typerend voor de manier waarop in het dorp met het ongeluk werd omgegaan. Jarenlang werd er gezwegen over het tragische moment zelf en de nasleep ervan. Totdat Dirk Heernskerk afgelopen jaar besluit dat het genoeg is. Het verhaal en de herinnering moeten levend blijven, vindt hij.
Plaquette
Het leidt uiteindelijk tot de onthulling van een plaquette bij de wandelduiker de Wiericke, precies zestig jaar na dato. Michiel Grauss van Bodegraven-Reeuwijk spreekt daarbij tekenende woorden: "Binnen de families is er weinig over gepraat, maar ook niet in de gemeenschap. Het verdriet was te groot. Het gevolg daarvan is dat het vreselijke ongeval in de vergetelheid raakt bij anderen. Maar dat mag niet gebeuren."
Zowel vriend Richard als broer Dirk en zus Marina herkennen dit beeld. Ze hebben er weinig tot niet over gepraat. Niet met elkaar, niet met familie, zelfs niet met hun ouders. Dirk: „Dat gebeurde alleen als ze het er met iemand anders over hadden en ik er toevallig bij zat. Het verdriet was voor hen te groot."
De vader van Dirk en Marina was altijd onderweg herinneren broer en zus zich. Hij ging naar de drumband, de wandelvereniging of de gymnastiek, vertelt Dirk. Om het verdriet te ontwijken? Dirk: „Ik kan het niet bewijzen, maar ik denk wel dat dat zijn vluchtweg geweest is, ja." En hun moeder? Die besprak het wel eens met de buurvrouw, aldus Dirk „Maar met mij eigenlijk helemaal niet." Marina herkent Dirks verhaal. „Ik wist wel wat er gebeurd was, de foto van Martin hing boven de kast. Maar met mijn ouders heb ik er nooit over gepraat. Marina is naar eigen zeggen heel beschermend opgevoed, veel meer dan andere kinderen. „Overal waar mijn ouders gingen, moest ik mee. lk werd nooit alleen thuis gelaten. Nu ik meer weet, begrijp ik waarom ze zo beschermend waren. "
Niet alleen bij de familie Heemskerk werd er niet over het ongeluk gepraat. Ook Richard Brouwer werd geacht gewoon verder te gaan met het leven. Zo werd hij de twee weken na het ongeluk ondergebracht bij zijn broer in Oudewater. „De gedachte was: dan heeft hij het daarna wel verwerkt. Nou, dat bleek dus niet zo te zijn. Mijn ouders zeiden: 'het is gebeurd, je hebt geluk gehad, nu moet
je door'. "
Dat de ramp bij veel mensen in het dorp niet bekend is, doet Dirk pijn. Toen er in 2025 een wandelduiker werd geopend op de plek van het ongeluk, werd het luikje waarachter hij zijn verdriet heeft weggestopt wreed geopend, vertelt zijn zus.
Op de muren van de nieuwe duiker staan tekeningen van de geschiedenis van Nieuwerbrug. „Er stond iets over een treinramp van honderd jaar geleden, maar van dit helemaal niks. Helemaal niks.
Ik dacht: komt dit dan echt bij niemand naar boven?' zegt Dirk.
Het voelde onrechtvaardig, des te meer omdat dit Dirk juist altijd een plek van herdenking is geweest. „lk vertelde het niemand, maar als ik een stukje ging fietsen, ging ik altijd even hierlangs.
Het was mijn eigen gedenkplek." In zijn hoofd ziet hij op die plek dan altijd hoe de trekker in stukken langs het water ligt, een beeld dat hij kent van foto's uit de krant.
Hulp gezocht
Reden genoeg voor Dirk om in actie te komen. Het resultaat is een plaquette ter herinnering aan zijn broertje en de drie vrienden. Maar ook die is er niet zonder slag of stoot gekomen, vertelt zijn zus. „Het heeft hem heel veel gekost, echt heel veel. " Dirk: „Jij gaf aan dat ik niet te genieten was, maar ik dacht: ik moet het voor ze doen."
Dan richt Marina zich tot haar broer. „Dat jij me vertelde dat je die nachtmerries hebt hierover, toen dacht ik meteen: dit kan zo niet langer." Dirk knikt, hij was het ermee eens. Het heeft ertoe geleid dat Dirk hulp heeft gezocht. Waar hij die via de huisarts niet vond, is hij buiten de huisarts om in gesprek gegaan met een specialist in traumaverwerking. Niet alleen bij Dirk zijn de gevolgen van de gebeurtenis zestig jaar geleden nu nog merkbaar, ook bij Richard Brouwer spelen de emoties de laatste maanden weer op. Toch is hij ook blij dat het donkere stukje geschiedenis nu wat meer bekendheid
krijgt binnen het dorp. „Ik hoop dat veel mensen op het wandelpad de tijd nemen om het bordje te lezen."
Uiteindelijk is Dirks onrechtvaardigheidsgevoel dus omgezet in iets positiefs. Marina: „Achteraf is het wel goed geweest dat het luikje geopend is."
Niet alleen omdat de plaquette er nu hangt en andere voorbijgangers en inwoners van Nieuwerbrug herinnerd worden aan de verschrikkelijke gebeurtenis die er zestig jaar geleden plaatsvond.
Ook op persoonlijk vlak heeft het voor verbetering gezorgd. Marina: Ik ben blij dat je er nu eindelijk een beetje over kunt praten."