Het Johannieterplein is de nieuwe rotonde van de provincie Utrecht tussen de A12 en de Zuidelijke randweg van Woerden, in de provincie Zuid-Holland. De gemeente Bodegraven-Reeuwijk heeft deze naam gegeven.

  • DSCN2310
  • DSCN5091
  • DSCN5134
  • IMG_6112

sp001

Ramptoeristen bij de ontspoorde locomotief, 1902. Bron: Spoorwegmuseum

Hoe treurig het ook is dat een ijverig beambte, de hoofdconducteur J. Priem, jongste der in Utrecht gestationeerde treinchefs, hierbij het leven heeft gelaten, en dat drie mannen, de conducteur J.F. Hartman, de machinist Vermaak en een leerlingmachinist (stoker) allen min of meer ernstig, zij het niet levensgevaarlijk, gewond zijn, toch is het een gelukkig wonder dat er niet meer slachtoffers bij dit onheil te betreuren zijn. Want wie de ruïne gezien heeft en vernomen heeft wat er is gebeurd, staat versteld over de mechanische reuzenkrachten die hier, voor een ogenblik aan de tomen ontsprongen, dit vernielingswerk hebben aangericht.
De eerste trein uit Leiden naar Woerden moet te 6 uur 22 uit Bodegraven vertrekken en 4 minuten later de brug over de Dubbele Wiericke passeren, welke vrij druk bevaren water de verbinding tussen Rijn en IJssel vormt. De brugwachter woont met zijn gezin, en met een tweeden brugwachter, die dienst doet als de ander rust, in een huisje beneden aan de spoordijk aan de Rijnkant. Hij moet zorgen dat de brug voor de komst van de eerste trein dichtgedraaid is, is de brug gesloten, dan staat het sein vanzelf veilig, is zij open dan staat het onveilig. Uit het station Bodegraven wordt vooraf telegrafisch aan de brugwachter gevraagd of de brug dicht is, en de brugwachter moet daarop uit het blokhuis aan de overkant van zijn woning antwoorden, waarna de stationchef te Bodegraven of diens plaatsvervanger de trein laat vertrekken.
Maar gisterochtend had de brugwachter zich verslapen, naar hij verklaart, omdat zijn wekker niet is afgelopen. De telegrafische vraag of de weg veilig was bleef dus onbeantwoord. Toch liet men de trein uit Bodegraven vertrekken. De machinist reed in de mist en schemering door het onveilige sein, waarin geen licht brandde en toen gebeurde het onheil.
De brugopening tussen de hoofden over het water gemeten is zeven meter. Over deze afstand sprongen de machine met tender, een bagagewagen en twee derdeklasrijtuigen heen, een rijtuig eerste en tweede klasse zakte precies tussen de hoofden in en bleef daar, van achteren rusten op de buffers, boven het water hangen, de overige wagens bleven op de rails voor de brug staan.
De locomotief, losgebroken van de tender, stoomde nog een 100 m door en sloeg toen van de dijk waar zij ondersteboven kwam te liggen, met de wielen in de hoogte, vlammen en stoom uitblazende. Een 40 m daarvoor vlak tegenover het wachtershuis, maakte de tender een ommezwaai in de lucht en viel toen, met de voorkant naar achteren een eindweegs diep in het talud, de bagagewagen sprong daar bovenop, de brugwachterswoning dreigend te verpletteren en op gestopt tegen dit gevaarte schokten de 3e klas rijtuigen stil tot aan de assen in het zand dringend.
Verbijsterd schrok de brugwachter van het gedaver uit zijn bed, hij zag de reuze ruïne van verpletterd hout en ijzer zich hoog boven de vensters van zijn huisje verheffen, hij zag de felle vuurgloed, hoorde het gesis van stoom en water... ,,Ik dacht dat de wereld verging'', zei hij. Half gekleed vloog hij zijn woning uit, wilde om hulp seinen, maar het blokhuis aan de overkant was weggeslagen. En toen snelde hij door naar het station Woerden om de ramp te vertellen.
Inmiddels hadden de enkele reizigers zelf de portieren geopend en ongedeerd, een enkele met een schram, kwamen naar het brugwachtershuisje. Daar kwam weldra ook de gewonde machinist heengelopen. Hij was, hoewel hevige pijnen lijdend, volkomen bij zijn bewustzijn, maar hoe hij op de dijk geslingerd was, wist hij niet. Hij dacht dat de stoker en hij toen de machine van de tender was gebroken, daartussen in het zand waren gevallen.
De stoker lag daar nog, mede gewond. Maar men miste de hoofdconducteur en de conducteur. Zij werden gevonden in de saamgedrukte bagagewagen tussen de remkast gedrukt. De hoofdconducteur - vreselijk verminkt - bleek reeds overleden te zijn, de conducteur moest worden uitgezaagd.
Er waren behalve het treinpersoneel, slechts acht passagiers welke geen van allen gedeerd zijn. Maar wat allen een gelukkig wonder prezen was: zo weinig slachtoffers bij zo'n ramp! Als het morgens eens gebeurd was met de volle trein voor de Woerdense markt, met de wagens vol verlofgangers in verband met Kerstmis.
De gewonde conducteur werd naar Utrecht en de machinist en de stoker naar Leiden vervoerd. Heel spoedig kwam hulp opdagen, wegwerkers, politie, doctoren uit de aangrenzende gemeenten, die de gewonden in de brugwachterswoning verbonden. Weldra verschenen ook de burgemeesters van Waarder en Bodegraven. En na enige tijd kwamen treinen uit Utrecht met spoorwegautoriteiten, de officier van justitie , rechter-commissaris en substituut-griffier, het nodige personeel en werktuigen.
Verwonderlijk is het zo snel de mare van de ramp zich ver in de omtrek verspreid had. 's Morgens vroeg al en de hele middag door tot 's avonds kwamen de honderden op fietsen, met rijtuigen en tilburies of in rijen achter elkaar gemarcheerd. langs de drassige landwegen en over de Rijndijken uit Leiden, Utrecht en Gouda, waar haast geen voertuigen meer te krijgen waren. En de slappe weide aan de Wiericke waar ze allen overheen moesten om bij de brug te komen was door die honderden zo verweekt, dat de boeren erin vastzogen met hun klompen en de dames er tot over haar enkels in wegzakten.
Toch was het een gedrang van nieuwsgierigen langs de oever en aan het einde van hun verre tochten waren ze zo opgewekt te moede, alsof het een zomerse picknick gold. In Nieuwerbrug, in 't Grijze Paard ('t Grauwe Paard, nu De Florijn red.), had de waard van zijn leven zulke goede zaken niet gemaakt en hij kon niet laten 't telkens glunder te herhalen dat de een zijn dood toch de ander zijn brood is.

In het personenverkeer werd vrij spoedig voorzien. Met bewonderenswaardige snelheid werd naast het hangende rijtuig een houten voetbrug met leuningen over het water gelegd. Nu kwamen treinen uit Bodegraven en Woerden tot de plaats van het ongeluk door, de reizigers stapten over, bagage en postzakken werden gedragen en de treinen keerden terug, geduwd door de locomotieven. Op deze wijze behoefde geen enkele trein te worden opgeheven maar wel was de vertraging natuurlijk aanzienlijk. Het goederenverkeer was daarentegen de gehele dag gestaakt.Het terrein des onheils heeft vooral met de Kerstdagen veel belangstelling getrokken. Op 29 december lezen we: ,,De hulpbrug is gereed zodat de treinenloop thans weer ongehinderd kan geschieden"

Overgenomen uit Heemtijdinghen 8ste jaargang nr. 4 en 9de jaargang nummer 1

Lees meer op het net >>

sp006 Locomotief naast de spoordijk, voor de brugwachterswoningen.
sp005 Opruimploeg.
sp010 Pasagierswagon hangt boven de Wiericke.
sp004

Bouw van de noodbrug.

sp002 Noodbrug is klaar.
sp009
sp007
sp011

sp001 Ramptoeristen in het dorp.

Laatst bijgewerkt op: 28-08-2013

Bronnen:
-De Ingenieur 19e jaargang (1904) bladz. 47
-Heemtijdinghen 8ste jaargang nr. 4 en 9de jaargang nummer 1
-Spoorwegongevallen in Nederland 1839-1993, Haarlem, Schuijt & Co, 1993
-Verslag van de Raad van Toezicht op de Spoorwegdiensten 1902, bladz. 169;

Op het net:
Spoorlijn Leiden Woerden

Weijland20 Armengoed RCE 01 1974
Weijland 20 in 1974. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

De huidige boerin is op deze boerderij geboren. De familie heeft het bedrijf uitgebouwd en boert nu op totaal 30 ha met koeien, schapen en varkens. De huisstal is ingericht voor het jongvee. 

Geschiedenis
Al in 1724 is sprake van een boerderij hier. Een en ander blijkt ook uit het verhaal, dat schuil gaat achter de naam Armengoed. Op 20 april 1741 schonk de Rietveldse landeigenaar Pieter Keijzer de boerderij aan de arme ingezetenen van Rietveld en de Bree. De opbrengst van de boerderijhuur minus onderhoud en belastinggelden moest ten goede komen aan de armen. Aangezien er nu geen armen meer zijn, wordt er ieder jaar met Kerstmis een deel van de opbrengst aan de weduwen geschonken. Zo pacht de familie Van Schaik sinds 1986 deze boerderij van Stichting Het fonds Pieter Keijzers Armen van Rietveld en de Bree.

Gebouw
Boerderij, tweede kwart 19 eeuw met vlechtingen in de puntgevel en rieten wolfsdak. Vensters met zes- en vierruits schuiframen en een groot bijzonder rosetvenster.
Boven de huisstal, op de til, is nog een bedstee.

bron: verlichtte boerderijenroute. 2009

Weijland20 Armengoed RCE 11 1974 Weijland20 Armengoed RCE 10 1974

Hooikap en stal. 1974. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Weijland20 Armengoed RCE 1967 Melkbussen aan de weg. 1967. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Weijland20 Armengoed RCE 02 1974
Oostkant. 1974. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Weijland20 Armengoed RCE 03 1974
Westkant. 1974. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Weijland20 Armengoed RCE 04 1974
Voorgevel. 1974.
Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Laatst bijgewerkt op: 12-9-2014
Mobilisatie
Tijdens de oorlogsdreiging werden er in heel Nederland soldaten gemobiliseerd. In Nieuwerbrug werden ook soldaten ondergebracht bij verschillende boerderijen.
Maar toen de Nieuwerbrugger Marius van den Berg ontwaakte uit zijn huwelijksnacht, was het land in oorlog.
Bij houthandel Van Duijn werden toen de houtbewerkingsmachines onder de bedrijfshal in de grond verstopt.

mobilisatie
Nederlandse soldaten met de kinderen van de school. collectie: Gijs Boer
Duitsers in ons dorp
Duitse soldaten trokken in het schoolgebouw. De lessen werden daarom gegeven in de consistorie van de Brugkerk en De Ster.
Ook in boerderijen en huizen werden soldaten met hun paarden ingekwartierd. Dit waren voor een groot deel Oostenrijkers, die waren opgeroepen. Geen fanatieke fascisten. Deze jonge soldaten waren voor sommige Nieuwerbrugse meisjes te spannend om niet te kussen.
Een soldaat schilderde een grote tank op de houten schuur van Bosman, op de hoek van de Straatweg (nu Weijland) en Brugstraat (nu Bruggemeestersstraat). In de maalderij van Koning bracht hij de wapenschilden van de hier gelegerde cavalerie-eenheden aan.  Deze zijn tijdens een brand door het bluswater vervaagd en rond 2014 door de huurder weggewit.
Duitse soldaten
Pier Kool met twee Duitse soldaten die bij hem waren ingekwartierd.
collectie: Arie van den Berg Mzn

Fort Wierickerschans
Aan het begin van de tweede wereldoorlog werd Fort Wierickerschans nog genegeerd. Later vestigde het 'Zeugambt der Deutsche Marine' zich op het Fort, die het gebruikte als wapenarsenaal. In die periode werd de binnengracht verder gedempt.
De Duitse marine gebruikte op zee kleine muziekinstrumenten. Zo is er op het fort een kleine accordeon achtergebleven. Een vlag met hakenkruis, die op het fort gewapperd heeft, is na jaren weer terug in Nieuwerbrug.

wierickerschans trekzak
Accordeon van Duitse marine op Fort Wierickerschans
collectie: Gijs Boer
Verzet
Zoals in heel Nederland, hadden zich in Nieuwerbrug mensen aangesloten bij de NSB.
Anderen verzetten zich tegen onze bezetters. Vanaf de Knodsenburg werd kaas gesmokkeld over de Rijn en bij verschillende Nieuwerbrugse huishoudens waren onderduikers ondergebracht.
Nadat een Joods gezin zich bij Cees Koning meldde om onder te duiken, kwam hij in contact met de ondergrondse. Hij werd groepscommandant in gemeente Barwoutswaarder, codenaam  Purmerend. Nieuwerbrug bestond toen immers nog uit Barwoutswaarder, Waarder, Rietveld en Bodegraven.
Als groepscommandant had Koning contact met dr. Schrijver in Woerden en Karssen in Bodegraven.
Op de zolder van het brandspuithuis werd verzetsblad Kroniek gestencild, pal naast de school waar de Duitsers zaten. Het kleine raampje in de nok, gaf een goed zicht op de naderende vijand. Het apparaat is later nog gebruikt door Brouwer Druk en ging toen naar Afrika.
Tegen het einde van de oorlog kwam Koning samen met vader en zoon Boot en Van Ommeren in een vuurgevecht met SS-ers bij de Blokhuisbrug in Rietveld (nu Woerden).
Een andere SS-er heeft hem een keer laten lopen, omdat hij hem zo moedig vond.
Koning had geen problemen met NSB-ers die verder niemand verraden, of “fout” waren. Zo kwam er een Nieuwerbrugse NSB-er gewoon bij hen over de vloer.
De vrouw van Cees, Maria, was wapeninstructrice bij de ondergrondse. Zij ging nooit mee op acties.
Op een dag belde een aantal Duitsers aan. Ze heeft toen de geweren waar ze mee bezig was in de wieg gestopt en haar dochtertje er opgelegd. De soldaten vonden het een leuk kindje.
Na de oorlog heeft ze met haar man de wapens uit elkaar gehaald en in delen in de Woerdense singel gegooid.
Veel later moest een loodgieter onder hun vloer werken. Ze kwamen er toen achter dat ze nog een aantal geweren en handgranaten waren vergeten.

pistool verzet
Pistool van verzetscommandant Cees Koning.
collectie: particulier

verzet nieuwerbrug
Kopstukken van Nieuwerbrugs verzet voor de school in Nieuwerbrug.
Tweede van links: Dokter Schrijver, commandant van Woerden.
collectie: Gijs Boer
Tewerkstelling
Verschillende Nieuwerbruggers gingen werken in Duitsland. Sommige gedwongen, anderen vrijwillig.
Eén van hen stikte in een kelder, tijdens een bombardement. Een ander raakte zijn benen kwijt tijdens het werken. Hij werd hiervoor keurig uitbetaald als oorlogsslachtoffer en kreeg een aangepaste auto. In ons dorp bekend als de ‘gogomobiel’.

tewerkstelling
Floris Oskam werkt in de landbouw.
collectie: Gijs Boer
Oorlogsgeweld
Om de bevoorrading van de Duitsers tegen te gaan, werden de ‘nieuwe weg’ A12, de Rijn en het treinspoor door de geallieerden en het verzet aangevallen. Tijdens een beschieting vanuit de lucht is een boerenknecht in zijn bil geraakt.
Om sabotage te voorkomen werd er wacht gelopen langs het spoor en zaten er Duitsers in het huisje bij de spoorbrug.
Tegen het einde van de oorlog was het verboden om tussen 16.00 en 9.00 uur het spoor over te gaan.

 
Beschieting vrachtschepen
Op zaterdagmiddag 9 september 1944 lagen de twee vrachtschepen van de Groningse broers Van der Molen afgemeerd in de Rijn, ter hoogte van de huidige ingang van de 's Gravenhof.
Om twee uur vlogen Engelse bommenwerpers richting Duitsland, vergezeld door jagers. Deze jagers hebben de schepen misschien aangezien voor Wehrmacht-bevoorrading en het vuur geopend.
Hierbij werden vader en zoon gedood en moeder zwaar verwond.
De families verbleven hierna
tot de bevrijding in Nieuwerbrug.
familie Van der Molen
Familie Van der Molen.
collectie: Gijs Boer
Bombardement spoorbrug
Op 8 februari 1945 zijn de twee wachthuisjes bij de spoorbrug getroffen tijdens een gebombardeerd. Hierbij is een Duitse Oostfrontmilitair omgekomen. Hij had zelf al twee zoons verloren aan het Oostfront. Dus ook bij de Duitsers was er veel leed.
Tot de 50er jaren, stonden hier houten noodwoningen. Deze zijn toen vervangen, maar al snel weer gesloopt.
De fundering is onlangs bij de aanleg van de nieuwe volkstuinen tevoorschijn gekomen.

wachthuisjes
Wachthuisjes bij Wierickerspoorbrug.
collectie: Spoorwegmuseum
Voedselhulp
Aan het einde van de oorlog werd het voedsel in ons land steeds schaarser. Ook in een plattelandsdorp als Nieuwerbrug.
Een aantal Nieuwerbruggers wilden in maart 1945 hier verbetering in brengen. “Het voedsel Comité is geboren uit de nood der tijden en heeft uitsluitend ten doel de ergste nood te lenigen van de inwoners der Brandschouwerij Nieuwerbrug en de rest van de gemeenten Rietveld en Barwoutswaarder.”
Begin april kwamen er al tuinen voor gezinnen die geen grond hadden en werden er al pootaardappelen verkocht. Er werden koeien geslacht en het vlees verkocht, net als melk. Niet veel later kwam er turf voor de bakkers en kapucijners om te zaaien.
In augustus 1945 stopten ze met hun activiteiten.

voedselhulp
Poster voedsel-comité
collectie: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard

Bevrijding
Na 6 mei 1945 hebben er in Woerden voor een korte tijd plaatselijke NSB-ers en collaborateurs vastgezeten.
Cees Koning ging naar Den Haag, om een snelle oplossing te vragen voor alle “foute” streekgenoten die opgepakt waren.
Dit waren deels NSB-ers die alleen een verkeerde politieke keuze hadden gemaakt.
Over de Straatweg (nu De Bree en het Weijland) passeerden op 7 mei onze bevrijders. De bewoners van ons dorp hingen de vlag uit en zwaaiden met veel dankbaarheid naar ze. Op het schoolplein nodigde het Nieuwerbrugse oranjecomité kopstukken van het regionale verzet uit. Ook dokter Schrijver uit Woerden was hierbij aanwezig. Een geschiedenis die haar ooggetuigen bijna heeft verloren.

bevrijding 01 bevrijding 02

bevrijding 03 bevrijding 04

bevrijding 05 bevrijding 06

bevrijding 07 bevrijding 10

bevrijding 09

bevrijding 11
Bevrijders rijden over de Straatweg (nu Weijland) langs de Brugstraat (nu Bruggemeestersstraat). 7 mei 1945
collectie: Gijs Boer
Heeft u meer verhalen, foto's of voorwerpen uit Nieuwerbrug in de Tweede Wereldoorlog? Laat het ons dan weten via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.. Samen vertellen we het verhaal van Nieuwerbrug.

Speciaal aan deze straat is dat het een oost-west verbindingsweg is. Er zullen waarschijnlijk geen huizen aan komen te staan.

Wie zijn toch die geheimzinnige kapelmeesters waarnaar deze straat is genoemd? Waren ze zo belangrijk dat er een straat naar moest worden genoemd? Bekend is dat ze tot in de negentiende eeuw eigenaar waren van een stuk land aan de huidige Graaf Florisweg waarop later de school is gebouwd. Zij waren in het begin ook bestuurders en waarschijnlijk oprichters van die school. De naam Kapelmeesters duidt er op dat ze bestuurders waren van een kapel, zoals Kerkmeesters van de kerk en Bruggemeesters van de tolbrug. Een kapel in Nieuwerbrug kennen we van een oud kaartje uit 1578 en een latere afbeelding waarop bij de tolbrug en een kerkje of kapel staat. Over hoe die daar gekomen is kunnen we alleen maar naar een zo goed mogelijke verklaring zoeken.

Door de brug over de Rijn is een zelfstandige economische gemeenschap ontstaan rond de brug. De ondernemende Nieuwerbruggers wilden misschien wel meer, een religieuze kant geven aan die gemeenschap. Zelfstandig en onafhankelijk van de parochiekerken van Waarder, Woerden en Bodegraven. Dat kon in die tijd: een stuk grond bij de brug, een kapel er op gebouwd en een eigen geestelijke aangetrokken. In die tijd waren er genoeg lagere geestelijken met een minimaal inkomen die hier wel wilden komen werken.

Na de Reformatie rond 1575 kon de kapel blijven als school. De geestelijke kon als schoolmeester aan de slag om de kinderen lezen, schrijven, de psalmen en ook rekenen te leren. De kapelmeesters bleven, nu als schoolbestuur.

Werkgroep Republiek aan den Rijn: Judith van Heel, Jan van Rooijen, Jan van de Burgt

  • IMG_6132

geopend voor reizigers: 1 juli 1879 (als proef)
gesloten voor reizigers: 15 mei 1935 (officieel)

De halte Waarder is als proef geopend op 1 juli 1879. Er werd vergunning gevraagd om de dienst te laten mogen uitvoeren door een vrouw. De halte werd gesloten op 15 mei 1934 (officieel op 15 mei 1935). Het perron lag aan de noordzijde van het spoor. In 1894 werd aan de noordzijde bij de overweg (huidige Molendijk) een abri gebouwd, met kaartverkoop.
Woning 2 a-b stond ten zuidoosten van de overweg en werd in 1934 afgebroken; de abri ging in mei 1936 tegen de vlakte. In 1907 werd nabij wachtpost 1 bij de halte een houten wachthuisje gemaakt.
Betekenis heeft de halte onder meer gehad voor boeren in de omgeving die vrijdags en zaterdags naar de markten in resp. Leiden en Utrecht gingen.

Vaders Wens, familie en meubelmakersbedrijf W.Mulckhuyse
Weijland9 VadersWens Mh 2014 groot
Rijksmonument Vaders Wens, Weijland 9. 2014

Twee grote kreeftankers en een kleine jaarsteen van 1791 sieren de voorgevel van dit rijksmonument. Tot 1992 was de boerderij in bedrijf, nu is het een woonboerderij, gerestaureerd met oude materialen naar de huidige woonmaatstaven. Bijzonder is dat de binnenmuren zijn gepleisterd met leem en de verwarming geschiedt door een houtgestookte leemkachel. Er wordt gekookt op een oud fornuis. Op zolder is nog de grote rookkast aanwezig in het schoorsteenkanaal en in de woonkamer zijn de drinkbakken van de koeien nu decoratieve elementen. De granito vloer van de kaaskamer is weer in ere hersteld en het bijzondere boenhok met zadeldak en stervenster wordt gebruikt als buitenkeuken. Ook bij de bouw van de nieuwe meubelmakerswerkplaats, overigens keurig verborgen in het groen en achter de boerderij, is gebruik gemaakt van natuurlijke materialen zoals veel hout en heel bijzonder een sedumdak begroeid met 7 soorten sedum. Er worden maatwerk meubels en keukens geproduceerd. In de werkplaats kunt u zien hoe dat in zijn werk gaat en wat er allemaal mogelijk is op dit gebied.
 
Deze boerderij met bijgebouwen is een voorbeeld, hoe oude cultuurhistorische waarden van een boerderij, een rijksmonument zelfs, uitstekend kunnen samengaan met een nieuwe eigentijdse functie.

www.wim-mulckhuyse.nl

Weijland9 VadersWens Mu 2014 5 Weijland9 VadersWens Mu 2014 3

Weijland9 VadersWens RCE 1967 1967. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Weijland9 VadersWens Mu 2014 4 Sedumdak op werkplaats. 2014
Weijland9 VadersWens Mu 2014 Doorkijkje in 2014
Laatst bijgewerkt op: 12-9-2014
vo010
Deze evenaar werd gebruikt om kaas te wegen. De meeste kaasmakende boeren hadden een eigen evenaar om de kaas te wegen, voor ze naar de markt gingen.
Deze evenaar komt uit de Rijntochte, de boerderij met de grote vijver aan de Weijpoort.
In het Kaasmuseum in Bodegraven hangt een grotere evenaar die zeer waarschijnlijk van de zelfde smid is. Dit is te zien aan het handschrift van het jaartal en het afgebeelde hartje. De evenaar uit het museum is van een latere datum.
vo010d1 k
Jaartal 1659


vo010d2 k
Het zelfde hartje als dat op de evenaar in het Kaasmuseum te Bodegraven.