fl001

College van brandmeesters voor brandspuithuis met handbrandspuit uit 1889, 1935.

Nieuwerbrug heeft al eeuwenlang een eigen school. Halverwege de 19e eeuw gaf het schoolbestuur een stukje van het schoolplein in gebruik voor een huisje voor de brandspuit, naast het eeuwenlange brandschouwen van groot belang voor de brandbestrijding. Waar eerst het huis van Prins stond, werd in 1937 een nieuw brandspuithuisje gebouwd. School en brandweergarage werden afgebroken en er kwam een nieuwe brandweer kazerne even verderop langs de Dubbele Wiericke.

fl002

Huidige situatie, appartementen aan de Graaf Florisweg, 2011

al001 k

brandweerkazerne in 2011.

vo001k

Brandspuit uit 1888?

brg002
Bovenmeesters woning (links) met meester en kinderen, 1905.

Hoe lok je een huisarts naar een dorp, waarvan de inwoners vinden dat er een dokter moet zijn en liefst zonder veel bemoeienis van buitenaf? In Nieuwerbrug nam het schoolbestuur die uitdaging aan: het bouwde in 1871 een doktershuis en wist zowaar de zo verlangde arts naar Nieuwerbrug te krijgen. Het schoolbestuur verkocht het huis in 1873 en… kocht het in 1919 weer terug om er de hoofdonderwijzer van de erachter gelegen school te huisvesten. Sindsdien verhuisden de school en de meester en slechts de gevelsteen herinnert nog aan het merkwaardige initiatief.

brg004

Oude dokterswoning, 2011

In 1871 liet het Nieuwerbrugse schoolbestuur deze dokterswoning bouwen, om hiermee met succes een dokter naar het dorp te halen.

Het werd in 1919 de woning van de hoofdonderweizer van de naastgelegen school.

Links de Onafhankelijkheidstoren aan de Bruggemeestersstraat.

fl003

Voormalige woning en praktijk van dokter Samson en Versteegt.

ko001 k

Voormalige praktijk van dr. Tichelaar en dr. Borreman

al002 k

Tijdelijke huisvesting dr. Borreman, Margarethastraat 1a, 2011.

 

De huisarts is nu gevestigd aan de Gravin Jacobastraat 24, 2415 AX Nieuwerbrug aan den Rijn

 

brg002
Brugwachterswoning tussen dokterswoning en tolbrug, 1905

Houten Tolbrug met tolhuisje.
Tussen de twee kastanjebomen voor het huis van de 'bovenmeester' Jan Snoek (oude dokterswoning) was de ingang naar de school. De voorste kastanje is gekapt in 1988. De achterste moest in 1913 wijken voor de Onafhankelijkheidstoren.  Ook de Brugkerk is hier nog afwezig. 

De brugwachterswoning is samen met de tolbrug en de Onafhankelijkheidstoren eigendom van de gemeenschap Nieuwerbrug. Ze worden beheerd door het College van Bruggemeesters.
De brugwachterswoning is een van de oudste woningen uit de dorpskern. Hij wordt van oudsher bewoond door de tolgaarder, die het bruggeld en de woning pacht.
Aan de Rijnkant staat nog een origineel schijthuis.

brg001
Brugkerk, 2011.

De wens om in Nieuwerbrug een eigen kerk te stichten werd in 1917 werkelijkheid. De Gereformeerde gelovigen waren van de bouw van de Gereformeerde Kerk niet langer genoodzaakt naar Waarder of Bodegraven te reizen. Architect Cornelis Zaal uit Bodegraven maakte het ontwerp van het kerkgebouw dat op Nieuwjaarsdag 1918 in gebruik werd genomen. Een kerk met torentje “De Peperbus”, maar zonder klok. Voor het luiden daarvan was men aangewezen op de Onafhankelijkheidstoren. Diverse malen werd er aan en in de kerk groot onderhoud gepleegd, de laatste keer in 2010. In dat jaar werd het gebouw grondig gerestaureerd en kwam er dan toch een luidklokje in de nieuwe toren.
In 2004 veranderde de naam Gereformeerde Kerk in Protestantse Gemeente Nieuwerbrug en kreeg het kerkgebouw de naam Brugkerk, verbinding van verleden en heden tussen God en mensen.

Uit 'Nieuwerbrug. Een klein dorpje met eigenzinnige mensen'.

ba002

We zien hier een gedeelte van ‘Schots Varken’. Rond het voormalig rechthuis was een klein buurtschapje ontstaan met cafe, een kruidenierswinkeltje en als laatste een schuur met diverse brandstoffen. In het pand van de kruidenierswinkel was een deur met een trap naar boven die leidde naar het voormalige oude gemeentehuis van Barwoutswaarder. Op de foto kunt u het aanplakbord nog zien op de gevel. Bijna de gehele rij huizen is in 1935 afgebrand.
De personen op de foto zijn: van links naar rechts: Mien de Hollander, Maagje Nap en Mar Kroone. Maagje Nap heeft daarna nog jaren met haar broer Dirk gewoond op het Bekenespad.

ba003

Schout/herbergier
Op de plaats waar nu alleen nog wat bomen en een picknick bank staat, stond vroeger een herberg, een tapperij algemeen bekend onder de naam het Rechthuis, tussen de druk bevaren Oude Rijn en de drukke Hoge Rijndijk. De herberg stond later ook bekend onder de naam Schots Varken of Schotvarkens. Het was eeuwenlang het bestuurlijke en deels ook administratieve centrum van het schoutambacht Barwoutswaarder en Bekenes, later de gemeente Barwoutswaarder. In 1670 was het al eigendom van de schout en diens huis was vaak rechthuis en later raadhuis. Ook konden er openbare verkopingen en verpachtingen plaats vinden; omdat daarbij behoorlijk veel drank te verkopen was, sneed het mes voor de schout/herbergier zo aan twee kanten.

De eerst bekende schout die dit in eigendom had was Philip Jansz Camerick in 1670, hij was ook schout van Rietveld. We weten uit een akte van 1695 dat zijn weduwe woonde “in den Gereghtshuyse van Barwoutswaarder en Bekenes”.

Gemeenteraad
Volgende schouten woonden in Woerden en hielden daar ook kantoor. Na de Franse tijd, in 1818, vestigde de secretarie, het kantoor, van de gemeente Barwoutswaarder zich, samen met die van de gemeenten Rietveld en Waarder, in Woerden. Barwoutswaarder werd een zelfstandige gemeente en in de herberg werden weer de raadsvergaderingen gehouden en vonden de openbare zittingen van de burgerlijke stand en gemeenteontvanger plaats. Het gemeentebestuur betaalde tot 1935 een jaarlijkse huur voor deze raadskamer.

De naam
Over de afkomst van de naam Schots Varken doen allerlei verhalen de ronde. Verhalen over de slager die varkens met een pistoolschot doodde. Of de kastelein, walvisvaarder in ruste, die zeehonden op ijsschotsen voor varkens zou hebben aangezien en op zijn uithangbord zou hebben afgebeeld. In 1814 werd de naam al in veilingvoorwaarden genoemd: een “huizinge, schuur, erve en tuin, zijnde een herberg, genaamd Schotvarkens, het voormalige regthuis.”

Café
Toen het café er nog stond was het in de wintermaanden een vaste plek om te rusten en om een consumptie te nuttigen wat toentertijd wel bestaan zou hebben uit anijsmelk, snert en natuurlijk de warme worst. Aan de waterkant kon je namelijk door middel van een soort trapje gemakkelijk op de kant komen en zo door het stro de achterdeur inkomen die voor dat doel er speciaal voor gemaakt was. Ook de gelagkamer lag uiteraard vol met stro.

Brand
De woning en herberg van de schout was in eeuwen gegroeid met huisjes, werkplaats en een kruidenierswinkeltje tot een klein buurtschapje, dat op 31 oktober 1935 deels afbrandde.  Toen kwam er een einde aan de langdurige politieke activiteiten van de gemeente hier, ook voor dit oostelijke deel van Nieuwerbrug.

Sloop
Na de brand is er van de twee minst beschadigde huisjes weer een huis ontstaan waar Den Hartog in woonde en fietsen verkocht. Dit pand is in de zestiger jaren gesloopt in verband met de onoverzichtelijkheid van de bocht.

ka007 ak

Kadastrale kaart van gemeente Barwoutswaarder 1828, detail.
 

ba002 

Het Schots Varken. Van links naar
rechts: Mien de Hollander, Maagje Nap en Mar Kroone. Collectie:
Mevrouw Biesepol-den Hartog.

 pe005

Cornelis Jan Bredius, burgemeester
van Barwoutswaarder van 1825- 1855,  schilderij uit 1861 van
Pieter Schick
Bron: Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie

ba004

Elisabeth Gezina van Oudenallen-
van Essen en Hendrik van
Oudenallen varend op de Oude
Rijn, voor het Schots Varken

ba005

Anna van Oudenallen , Pie Voshart-Voshart en haar dochter Maartje
Voshart
varend op de Oude Rijn,
voor het Schots Varken.

ba006

Nablussen van de brand in 1935.

Bronnen:
-Van raadkamers tot nieuw stadhuis. Geschiedenis van de gemeenthuizen in Woerden. W.R.C. Alkemade en L.C.M. Peters, 1994.
-Heemtijdinghen 30 (1994) nr. 3, p. 57-92.
- Schotvarkens, een herberg te Barwoutswaarder, door W.R.C. Alkemade. In Heemtijdinghen, juni 1996.
- Fotobijschrift, door C. Brouwer, Nieuwsbrug 2008

Florisweg4 GB 052
Rijksmonument Graaf Florisweg 4 (rechter pand). 1920. Collectie Gijs Boer

Achter een rijtje leilindes staan een grote en een kleine woning naast elkaar. Het lijkt wel een oude boerderij met een er tegen aan gebouwd zomerhuis. Deze boerderij en de rechts naastgelegen, nu nummer 6, waren waarschijnlijk de enigen in de streek tussen Rijn en dijk. De bedrijfsgebouwen lagen daarom aan de overkant van de straat, langs de Wiericke, waar nu het Wierickehuis staat. Deze boerderij is in 1977 door een achttal mensen gekocht en vanaf die tijd gezamenlijk bewoond, vandaar dat ze de wooncoöperatie Octopus hebben genoemd. Het naastgelegen huis wordt door een familie apart bewoond.

Geschiedenis gebruik en bewoning
Cornelis Kok woont al vanaf 1817 aan de Korte Waarder op de nummers 150 en 151, nu Graaf Florisweg 4 en 2. Zoon Dirk Kok, op dat moment boer in Alphen aan den Rijn, koopt die boerderij met gebouwen en land in december 1890 voor f 30.000,= van een familielid. Hij betrekt, nu samen met echtgenote Willemina Verlaan, op 1 mei 1891 de boerderij weer en zet de veehouderij voort. De familie is ook maatschappelijk actief: kleinzoon Cornelis Dzn is van 1936 tot 1965 bestuurder van de polder Het Westeinde van Waarder, in dat jaar neemt achterkleinzoon Dirk Czn die functie van hem over tot 1974. Op zeker moment wonen er vier generaties Kok in beide huizen, die met een tussendeur verbonden zijn. In 1974 stopt de familie noodgedwongen in Nieuwerbrug en boeren ze verder in Bodegraven. Het land over het spoor wordt gebruikt voor de nieuwe landinrichting. Op de weilanden bij het dorp is nu plaats voor woningbouw en op het terrein van de stallen wordt later het Wierickehuis gebouwd. De boerderij en naastgelegen woning worden verkocht en zijn nu woonhuizen.

Gebouw
De boerderij, vroeger ook bekend als boerderenhofstee “Zomerlust”, is een, naar zeggen gedeeltelijk, rijksmonument en stamt uit het einde van de achttiende eeuw, mogelijk met delen uit 1687. Het heeft een rieten puntdak met een wolfseind voor en achter. De voor- en achtergevel met boerenvlechtwerk, de gevels hebben allen een groot aantal lange en korte rechte muurankers. In de voorgevel bovendien enkele rozetvormige ankers, in de achtergevel heeft de zolderverdieping een rond raam. De deuromlijsting heeft gesneden consoles in Empire-stijl.
Florisweg4 RCE 1967Boerderij in 1967. Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Florisweg4 VG
De stal (links) nog aan de overkant van de weg, op de plaats van het Wierickehuis.
collectie: Annie Verboom-Goudriaan
Florisweg4 1989
Boerderij in 1989. 

graafflorisweg4 2014 RL

Boerderij in 2014
Bron: Ria Lutz

fl003
Notabelenwoning Graaf Florisweg 7 is gemeentelijk monument. 2011

Een deftig herenhuis, of met de woorden van het gemeentelijk monumentenregister: een notabelenwoning. De oudere Nieuwerbruggers zullen het kennen als het huis en de praktijk van de dokter. Er zullen daarom heel wat Nieuwerbruggers over de drempel zijn gegaan en meer of minder ontspannen hebben gewacht, en een gesprek of een onderzoek hebben gehad.

Geschiedenis gebruik en bewoning
Het gebouw is altijd in gebruik geweest als woning, na de oorlog woonden hier de schoonzussen Kornelia (Kee) Kok en Jacoba (Coba) Kok-de Koning, weduwe van Gijsbert Kok. Kornelia en Gijsbert zijn even verderop in de boerderij van Kok, nu Graaf Florisweg 4, geboren. Toen het huis leeg kwam te staan is het gekraakt door Dirk van den Berg met zijn gezin die in dezelfde straat een erg slecht huis bewoonden. Het was de tweede helft van de vorige eeuw zoals gezegd ook woning en praktijk van de apotheekhoudende huisarts. Van 1952 tot 1962 door huisarts A. Samson, daarna tot 1994 door J. Versteegt.

Gebouw
Midden in het dorp gelegen dit gemeentelijk monument, een een-laags woonhuis uit 1890. Het heeft een lijstgevel van twee lagen met daar bovenop een houten kroonlijst. Opvallend verder zijn de versierde gestucte en gegoten venster- en deuromlijstingen met ronde bovenhoeken alsmede een profiellijst en een plint.
De gevels zijn van rode baksteen in kruisverband gemetseld. De plinten zijn gepleisterd en die aan de voorzijde heeft een profiel. Over de breedte van de voorgevel twee cordonlijsten in één geheel met de deur- en vensteromlijstingen.
Het huis heeft houten schuifvensters met glas-in-lood bovenlichten. Het heeft een vernieuwde houten voordeur en ook een nieuwe venster/raampartij in de zijgevel links.
Het zadeldak heeft een wolfseind aan de voorzijde en gesmoorde Hollandse pannen, met vooraan een piron. Verder zijn er zijn recente dakkapellen.
Het hek rond de stijlvolle tuin is deels origineel, deels vernieuwd en het toegangshek is gietijzer. In de tuin staat een grote rode beuk. In de tuin van de buren links staan een paar kleinere rode beuken.

Florisweg GB 052A

Ongedateerde luchtfoto.
Collectie Gijs Boer

 fl004
Oude school aan de Graaf Florisweg, 1937

Er was in Nieuwerbrug al een schoolmeester in 1610 en al aan het eind van de 17e eeuw stond op deze plek een dorpsschool onder toezicht van de Kapelmeesters en een toeziend oog vanuit de Hervormde pastorieën in Bodegraven en Waarder. Deze semiopenbare school werd in 1866 een bijzondere, christelijke school. De school verhuisde in 1955 naar de nieuwbouw, de school werd dorpshuis, maar ook dit is verleden tijd…. thans staan hier appartementen.

 

fl002 

Huidige situatie appartementen, 2011

sc001 k

Huidige Basisschool 'De Brug', 2011.

ri004

Rijnkant, 1930

Literatuur: De Nieuwerbrugse lagere school, Cees Brouwer; in Nieuwerbrug aan de Rijn, ons dorp, 1988.

Literatuur: Nieuwerbrug aan de Rijn, onze school; Y. Spoormakers e.a.,1992.

Internet: Basisschool De Brug www.cbs-de-brug.nl

november 24